Oriental

Lonely-Planet
Mathilde en Wim
Tue 22 Nov 2011 22:36
35.01:63N 76.41:72W

Northlanding River, Virginia, 19 november 2011

Vannacht hebben we maar in de rivier geankerd. Het lukte na verscheidene pogingen niet de drempel van de Blackwater Creek  over te komen. We zijn vanmorgen om zeven uur vertrokken, 3 graden en bevroren water in de kuip, zon en strak blauwe lucht.

Anders dan 2 dagen geleden toen we uit Deltaville vertrokken met regen en 20-30 knopen wind.

We zijn het grote water van de Chesapeake Bay in vliegende vaart overgestoken. Volgens Wim (ik zat binnen) begon het water ter weerszijden van de boot te bruisen en ging het harder en harder.  We surften mee op een golf met 11.2 knopen!

We waren bang dat we Norfolk niet voor donker zouden bereiken, maar om 2 uur ’s middags waren we al binnen. De volgende morgen verrassing: Starbucks koffie en Apple Fritties. Dat bleken een soort oliebollen met appel. Nogal vet als ontbijt, maar ach, als je vaart kun je wel wat hebben. 

 

De twee maanden thuis waren bewogen maanden. We waren versneld naar Nederland vertrokken omdat het niet goed ging met vader Klein. We zouden hem misschien niet meer levend aantreffen.

Gelukkig hebben we nog 2 weken contact met hem kunnen hebben. Net zo helder als hij altijd was. “Hoe is het in Amerika en waar gaan jullie straks naar toe”. De crematie was waardig, de broers die goede herinneringen ophaalden, mooie bloemen en mooie muziek.  Al met al een verdrietige periode. Ook hard voor moeder, die nu, na vanaf 1939 samen geweest te zijn, alleen verder moet.

 

Van onze huisvriendjes kregen we de gelegenheid een 2e maand in ons huis te blijven. Erg fijn, want zo hadden we de gelegenheid om onze vrienden/familie en de moeders extra te bezoeken.

Het was prachtig herfstweer en Utrecht met zijn terrasjes en leuke winkeltjes was volop genieten. Zin om weer eens leuke kleren en schoenen aan te hebben, waar ik overigens niet meer op lopen kon. Na 2 jaar alleen slippers en sandalen gedragen te hebben, lijken mijn voeten een maat groter geworden.

Jaapje na twee jaar teruggezien en hij kende ons nog. Hij moest héél veel kopjes geven en toen toch maar weer naar Ineke. Bij Peter en Ineke is nu duidelijk zijn echte thuis.

Wim is weer eens gaan kijken bij Chirurgie Paard, nu met een behoorlijke ingekrompen staf, en ik heb een kopje koffie gedronken op de praktijk, waar het lekker druk was, ook als vanouds met nieuwe wereldburgers en waarnemers.

Cultureel viel er het één en ander voor ons te beleven. Calefax, “ons” klassieke rietkwintet, in de Doelen en het Leeuwenberghtheater, John Currin, een Amerikaans schilder,  in het Frans Hals museum, dagje Amsterdam Rijksmuseum. “Pina” in het Louis Hartlooper theater, (biosje Tin Tin was trouwens ook heel leuk).  

Hard gestudeerd om met “mijn” klarinettrio mee te spelen. Dat was nog niet zo vanzelfsprekend als ik gedacht had, ja, ander op mijn plek, de tijd gaat door. Uiteindelijk toch nog leuk getrio’d. Een berg mooie partituren gekocht en van Carien en Jeike meegekregen. Zo kan ik weer een jaartje vooruit.

Gezellige etentjes met vriendjes (weer eens érg gelachen) van dichtbij en verweg, het jaarlijks weerzien met de oude reisgenoten, familie etentje met mijn moeder die 91 wordt, en op wiens verjaardag we er nu, door onze anders dan geplande thuiskomst, niet bij zullen zijn.

Met andere woorden we hebben heerlijk  kunnen bijtanken.

We hadden allebei helemaal geen zin om weer weg te gaan.

Bart en Leonie hebben ons twee dagen rondgereden. Eerst om de auto naar Irene en Dick te brengen (Dick regelt voor ons steeds weer de APK keuring, stalling, noem maar op) en de volgende dag om ons vroeg naar Schiphol te brengen. Bijzonder dat Remco en Dorien er weer stonden om ons uit te zwaaien!

 

Verzachtende omstandigheid: in Deltaville landden we in een warm bed. Tom, iemand van de haven, die bereid was om voor taxi te spelen, kwam ons van het vliegveld halen en nodigde ons uit bij hem en zijn vrouw Pat te overnachten. Zij hadden ons ook naar het vliegveld gebracht en onderweg waren we in een fijn gesprek geraakt. Het was er gezellig en comfortabel, zeker nadat we later beseften en wat zij al voorzien hadden, hoe het op de boot was: donker, ijskoud, geen water, alle zeilen in de kajuit.

We zijn nog een paar dagen naar Washington geweest per gehuurde auto. Nu we er zo dichtbij waren, wilden we dat niet missen en om er met de boot naar toe te varen was het te laat in het jaar, te koud. Bijna 3 uur rijden door bossen, bossen en nog eens bossen in prachtige kleuren.

Washington is heel erg ruim ingericht, immens grote gebouwen, veel steen (beton?) en pilaren. Onvoorstelbaar grote parken en monumenten. Aan ruimte geen gebrek.

De National Gallery of Art met een grote collectie van werken van Andy Warhall, naast Picasso’s en Rembrandt en verder mooie collecties vooral uit legaten. Apart dat bij uitleg van schilderijen er vrijwel alleen aandacht besteed werd aan info (wanneer gekocht en voor hoeveel) van de gever en weinig bijzonderheden over het schilderij.

Het American Indian Museum heeft een immense collectie van gebruiksvoorwerpen en kunst van de Amerikaanse Indianen. We waren erg verbaasd hoeveel stammen (honderden?)   er waren/zijn met hun eigen cultuur. Jammer dat de videobeelden prioriteit hadden. Het was overal zo donker dat je moeite had de voorwerpen goed te bekijken.

Verder nog het Air and Space museum bezocht. Met ruimte capsules, raketten e.d., imposant. Alle andere musea hebben we links moeten laten liggen. Te veel en te weinig tijd. Het Capitol hebben we goed kunnen bekijken, maar het Witte Huis ging niet door. Je mocht geen fototoestel of videocamera bij je hebben.

Iedere keer zijn we weer verbaasd over de wegwerpcultuur in Amerika. In het Holyday Inn kregen we, niet te geloven, voor het ontbijt wegwerpbordjes en bestek! In een heuze bar dachten we een Irish koffie te bestellen, we hadden het zo koud. Wat dacht je: in grote plastic bekers met plastic roerstaafje en een kannetje koude melk.

Op de terugweg naar Deltaville, hadden we ten afscheid met Anita en Peter, een leuk Nederlands stel dat hier in Richmond woont, en Frank en Tini, zeilers die we af en toe weer tegen komen en waar we het goed mee kunnen vinden, een etentje afgesproken in Williamsburg, een lief historisch dorpje. Een uur rijden, maar afstanden, daar doet niemand hier moeilijk over.

 

Oriëntal, North Carolina, 22 november 2011

 

We hebben een paar prachtige vaardagen achter de rug. Ineens tot 24 graden! Als de noorden wind uit Canada waait vriest het ongeveer, bij westenwind een lekker temperatuurtje en de hele dag zon. Al de visarenden zijn gevlogen, maar de pelikanen zijn weer terug. Samen met hele scholen kleine zeeëenden, op doortocht? Ze zijn erg schuw en gaan al gauw op de wieken. Erg grote roofvogels zweven boven de bossen. We weten helaas niet wat het zijn. Het waterlandschap varieert van grote brede rivieren tot grillig verlopende rivieren met kreken. Eindeloze bossen afgewisseld met “wetlands”, moerassen met hoge grassen. “Swaps” zijn moerassen met bomen die in het water staan. 

Oriental marina een haventje van niks. Een paar grote vissersboten en een handje vol kleine schepen. We liggen voor een motel dat beter tijden gekend heeft. Maar de bar in de tuin is ’s avonds vol en de havenkantoor mevrouw, die nu achter de bar staat, heeft haar haar losgedaan. ’s Morgens vroeg zitten er al een hoop mensen koffie te drinken op de waranda van het koffietentje aan de overkant van de straat. Iedereen wil graag een praatje maken.

Wim vroeg aan iemand of hij een winkel wist waar je een doorvoer voor de wastafel kon kopen en een onbekende dame heeft hem vervolgens naar 4 verschillende winkels gereden. Je voelt je hier zeer welkom.

Al snel reden om een dagje te blijven hangen. Wat in de buurt te fietsen, het blog bij te werken, te e-mailen en natuurlijk te scrabbelen. Erg leuk Wordfeud per telefoon en wat chatten tussendoor. Zo ging er net een bleepje dat Joop een zet heeft gedaan en horen we tussen de regels door hoe “de reisgroep” het in Buthan op 3000 meter heeft. Als er nog gegadigden zijn?, leuk.

 

Grappig hoe alles steeds weer in elkaar grijpt. We speelden met het trio een muziekstuk dat “Scallawags” heette. Scallawags and Carpetbaggers. Scallawags zijn blanken uit het Zuiden die meededen met de slaven(bevrijding) en de Noord Amerikanen in de Civil War en in het zuiden als collaborateurs gezien werden. De Carpetbaggers waren blanke Noord Amerikanen, die na de burgeroorlog, met hun bezittingen in een kleed geknoopt, in het zuiden hun geluk kwamen beproeven, in de chaos die daar toen heerste.

Yankee komt van het Nederlandse Jan, de Jannen waren de Noord Amerikaanse mannen die in het federale leger dienst namen.

 

Donderdag is het Thanksgiving. De dankdag voor het gewas. Het wordt groots gevierd. Met brunches en diners en andere activiteiten. Er wordt al lang over gesproken.

Verder doet de kerst zijn intrede. De zeemirmin met kerstkrans gaf de haven van Norfolk al een heel ander aanzien. Het schijnt rond kerst erg leuk te zijn in de dorpjes met alle kerstversiering.

 

Bij de foto’s
Afscheid van vader Klein

Warm welkom door Jaapje

Met Bart en Leonie in het Frans Hals museum: tentoonstelling van schilderijen van John Currin

Washington: Capitool, occupy Walstreet, World War II monument,  het Martin Luther King memorial en een Amerikaanse “Irish Coffee”

Zeemeermin met kerstkrans in Norfolk



JPEG image

JPEG image

JPEG image

JPEG image

JPEG image

JPEG image

JPEG image

JPEG image

JPEG image

JPEG image

JPEG image

JPEG image

JPEG image

JPEG image

JPEG image

JPEG image