laatste log 51:06.8N 2:13.0E

Scherezade
Hans Hansen
Fri 25 Jul 2014 17:20
Het is nu vrijdagmiddag en we zeilen hoog aan de wind voor Duinkerken langs de kust. Na de dinsdag in Derrible Bay op Sark besloten we nog een dag daar te blijven; woensdagochtend verhuisden we naar een baai verderop: Dixcart Bay, daar was een makkelijker strand om met de dinghy te landen en een prachtig pad door een steile beboste bedding van een beek omhoog het eiland op. "s Middags gewandeld, de plek met de snelste wifi opgezocht, glaasje wijn in de zon, wat series gedownload en 's middags geluncht in Stock's Hotel in Dixcart. ( na eerst via internet te hebben opgezocht welke keuken de beste referenties had.) Was wel lekker, maar alleen als je bereid bent Frankrijk compleet te vergeten. Eind vd  middag schip klaargemaakt en vertrokken om het tij mee te hebben door de Race of Alderney ( water tussen het noordelijkste Kanaal eiland Alderney en het Franse vasteland, Cap de la Hague. Het heet daar een 'race' omdat het daar best wel wil stromen. We gingen daar met doodtij maar op het snelst van de stroom doorheen en de draaikolken en wielen in het water waren weer indrukwekkend. "s Nachts doorgezeild naar het Westen langs Cherbourg. Toen de stroom weer tegen begon te staan en ons de baai van  de Seine induwde zijn we overstag gegaan naar het Noorden richting Wight. Ook al omdat voor de volgende dag windkracht 6 uit het Noordoosten werd voorspeld, dat betekent kruisen en met wind tegen tij geeft dat onaamgename golven. Dan zit je onder de relatief hoge wal van de Engelse Zuidkust beter dan met de hogere golven van de Franse 'lagerwal'. In de vroege donderdagochtend kwamen we bij Wight aan. Hoog aan de wind en wat kruisend scharrelden we onder de Zuidkust richting Dover. We wekten de belangstelling van wat duidelijk een overheidsvaartuig was. Het volgde ons op enige afstand, ging even weg en  kwam dan weer terug. Eind vd middag lieten ze een rib ( rigid inflatable boat, die dingen waarmee elitesolaten in allerlei actiefilms hard komen aanscheuren) te water. En ze kwamen inderdaad snel naar ons toe. Michael en ik keken elkaar aan van: 'die film hebben we eerder gezien", de herinnering aan de US coastguard twee jaar geleden bij Cuba kwam meteen boven. De Engelsen kwamen met zijn drieen aan boord en waren zeer beleefd, eerst hand geven en voorstellen, identificatie laten zien en daarna  veel vragen: waar komt u vandaan, waar is de boot gekocht, welke havens hebt u bezocht, niet de boot aan iemand uitgeleend voor uw vertrek uit St Lucia etc etc. Direct bij aankomst ging een van hen beneden zitten en verder niets doen, behalve opletten of iemand van de bemanning 'illegal substances' ging verbergen of bv door het toilet spoelen. Vooral MIchael's paspoort waarin vele reizen staan zoals naar Z Amerika en Azie wekte wel de nodige belangstelling. Alle gegevens werden doorgebeld naar het moederschip, dit had wat tijd nodig om alles, inclusief onze persoonsnummers! te controleren. Intussen  namen ze ook nog 'swabs' op sporen van 'illegal substances', die natuurlijk negatief bleken. Daarna namen ze weer vriendeklijk afscheid ( "we English Border Force, previously customs, are most polite, sir"; iets wat ik na mijn vroegere ervaringen met de Franse doane slechts kon beamen. Na hun uitdrukkelijk bedankt te hebben voor een verrasende onderbreking van een saaie mddag namen zij afscheid. Ondanks dit oponthoud wisten we nog net het juiste tij mee te pikken door het Nauw van Dover. Die truc werkt als volgt: de vloedstroom komt 'om Engeland' heen. Een massa water perst zich met vloed door het Kanaal richting Dover en de andere massa komt om Schotland heen en perst zich via de Noordzee richting Dover. Ongeveer op het hoogtepunt van de vloed ontmoeten die  twee massa's elkaar ongeveer bij Dover. De kunst is om met de opkomende vloed met de stroom mee naar Dover te varen, daar aan te komen met ongeveer hoogwater en dan met de afgaande ebstroom door te kunnen varen. Lukt dit heb je 8 tot 10 uur de stroom mee. We hadden die middag de motor gebruikt om voldoende snelheid te kunnen maken om op tijd bij Dover te zijn. Door het douane oponthoud waren we eigenlijk iets te laat. We besloten om indien het lukte Calais te halen en daar een tijstop te maken. Dat betekende geheel 'fout' het verkeersscheidingsstelsel in het nauw van Calais kruisen. Het verkeersscheidingsstelsel zijn twee 'banen' in dit gebied, gemarkeerd door boeien, het gedeelte aan de Franse kant is verplicht voor het Zuid-Noord gaande verkeer van vracht-en passagiers vaart, het gedeelte aan de Engelse kant voor het Noord-Zuid gaande verkeer. Net als een verkeersweg dus. Wanneer je als jacht dit wilt kruisen mag dat eigenlijk alleen op het smalste gedeelte tussen Dover en Calais en moet je ook nog loodrecht op de "wegrichting" kruisen. Daar hadden we geen tijd voor zonder ons tij voordeel te verspelen. Dus staken wij schuin vanuit het ZW komend over, daarbij wel een veel langere weg door het stelsel afleggend en ook nog eens "tegen het verkeer in", helemaal fout dus. Het was weliswaar stikdonker rond een uur of drie maar het zicht was prima, de radar stond bij en ook de AIS is hierbij een grote hulp. Was het druk, ja; zelden zulk een drukte meegemaakt. Dus zeer regelmatig uitgeweken en dat dan ook nog eens zeer 'overdreven' zodat de stuurman op de brug van zo'n schip, die zich toch al afvraagt wat die idioot in dat zeilbootje in godsnaam beweegt om zo stom over te steken ( de tijd dat beroepszeelieden nog iets van de zeilvaart wisten en snapten wat je aan het doen was en waarom, ligt allang achter ons), ziet dat jij dat grote schip gezien hebt en ervoor uitwijkt. Dat ziet hij alleen bij grote, overdreven uitwijkbewegingen.
Was het spannend? Toch wel. zeker toen twee passagiersschepen voorbij kwamen, dat zijn net overdadig opgetuigde kerstbomen met brandende lampjes. Zie je dan hun navigatieverlichting nog? Natuurlijk niet, daarbij overstralen ze ook nog eens veel navigatielampen van andere schepen in hun nabijheid. Wat zat er precies tussen die twee in? Een zeer groot en snelvarend vrachtship van 300m lengte met navigatielampen, type spaarlamp. Werkelijk niet te zien, ook toen later schip wegvoer bij die passageirsschepen bleken zijn lichten vrijwel niet te zien tussen die van andere, veel kleinere, schepen.
Gelukkig alarmeerde de AIS en konden we makkelijk op een halve mijl afstand een rondje maken. Zo'n halve mijl is bijna een kilometer en lijkt dus veel maar is voor zo'n snelvarend schip helemaal niets. Verdere doorsteek van het stelsel verliep probleemloos. Laatste uur naar Calais tegen de beginnende stroom in gemotord. Bij het krieken van de dag in Calais aan een boeitje in de buitenhaven afgemeerd. We waren doodmoe na een doorwaakte nacht, na een borrel en een 'Suits" te kooi. Om een uur of  1 's middags weer vertrokken voor het laatste stuk. We zeilen hier wat tussen de banken voor de Franse en Belgische kust. Geen andere schepen hier te zien, de meeste volgen de betonde geulen langs de kust. Lekker rustig zeilen voor ons dus. Hoewel de zon schijnt waait er een koude wind, ik zit lekker warm binnen aan de kaarten-tafel en werp geregeld een blik op het scherm van de plotter en de dieptemeter. Heerlijk zo'n GPS, makkelijk varen zo tussen de banken, als ik zou willen zou ik ook nog vanuit binnen overstag kunnen gaan door op de knopjes van de autopilot te drukken, maar dat gaat wat al te ver. Regelmatig even naar buiten, rondkijken en inderdaad 'geen andere schepen hier'. Als ik een boei zie was dat vroeger ' nu weet ik zeker waar ik ben" ; tegenwordig meer zo van " kijk, hij ligt op z'n plek".
Inmddels zijn we weer bijna aan de rand van verkeersscheidingsstelsel voor de Belgische kust en is het weer tijd om een slag te maken. Geen Westewinden om makkelijk mee naar IJmuiden te varen maar een NNE wind en met kruisen komen we er ook wel. Heerlijk om weer te genieten van het zeilen na al het motorgeweld van de afgelopen weken,